Trainingen Loris Veneman met de EAB Ducati op Almeria en Jerez.
De eerste kennismaking van Loris met de nieuwe Ducati Supersport machine is een feit, tijdens training dagen op het circuit van Almeria en Jerez kon Loris zijn eerste rondes draaien met deze machine.
Lachend gezicht! Alvorens in detail te treden is misschien wel de grote glimlach na de eerste sessie het meest veelzeggend. Na 2 seizoenen op de kleinere NTC en Supersport 300 motor is het rijden met de Ducati zoveel mooier en uitdagender. Veel vermogen, goede remmen en een echt rijwielgedeelte!
Voor deze eerste trainingen maken we gebruik van een training motor van het EAB racing team, samen met het team hebben we een plan gemaakt hoe we ons zo goed mogelijk kunnen voorbereiden. De training motor is de race motor van afgelopen seizoen en natuurlijk net als Loris zijn pak nog niet in de 2025 designs.
Trainingen tijdens de Zeelenberg Speedweek in Almeria.
Op uitnodiging van Wilco Zeelenberg kon Loris zijn eerste meters maken met de Ducati op het circuit van Almeria, met lekker veel ruimte op de baan en een mooie groep om in te rijden was het deze eerste dagen vooral een kwestie wennen aan eigenlijk alles. Meer vermogen, betere remmen, een blipper voor het terugschakelen, betere banden met meer grip. Een lange lijst om te verwerken.
Voor deze eerste training zijn Pjotr Groenenberg en Jaap Hoogeveen van het EAB Racing team meegekomen om te helpen en aan elkaar te wennen. Een team moet net als een motor op elkaar inlopen dus het was erg goed dat we samen deze eerste dagen aan de slag geweest zijn.
Het circuit in Almeria was bekend terrein voor Loris maar met een Ducati Panigale gaat alles toch net even wat sneller dan met de SSP300 motor. Na de eerste sessie was er een glimlach te zien en was er ook de opmerking: wow, hier moet ik wel even wat tijd in stoppen. Een sessie later ging de elle boog protector al over de grond en was er een glunderend koppie te zien.
We hebben twee en een halve dag gereden op Almeria waarbij we vooral gewerkt hebben aan de rijstijl, gebruik voor en achterrem en aan het werken met elkaar.
Training Jerez.
Een week na de training op Almeria zijn we richting Jerez gereisd om daar tijdens een trackday meters te maken. Het circuit van Jerez was de laatste op de racekalender van 2024 en dat heeft voor en nadelen. De baan ken je natuurlijk maar dat neemt ook mee dat je makkelijk terugvalt in de rijstijl van de 300 motoren.
Na in de ochtend een paar problemen te hebben gehad met de benzinetank konden we in de middag goed rijden, meteen viel op dat Loris inderdaad “als een 300” aan het rijden was. Dit moesten we dus aanpassen. Een 300 rijstijl is heel erg op bochtensnelheid georiënteerd waarbij een Supersport stijl veel meer stop and go is. Het is belangrijk dit meteen vanaf het begin aan te wennen.
We hebben de trainingen gereden met gebruikte banden, dit om ervoor te zorgen dat Loris heel duidelijk moest werken aan zijn banden management (op een nieuwe band kan iedereen immers hard rijden) in de twee dagen Jerez zijn we veel te weten gekomen over de aanpassingen die we moeten doen aan rijstijl en hoe de motor reageert. Waardevolle lessen dus.
In januari gaan we de motor trainingen weer oppakken, zowel met het team als ook op de training motor. De tijd vliegt en de kalender start al vroeg.
Rijder aan woord:
“Om voor het eerst met de Ducati te mogen rijden is geweldig, zoveel power aan boord en toch zoveel controle. De trainingen in Almeria en Jerez heb ik zonder crashes kunnen volbrengen, ik heb veel geleerd over het rijden en de punten waar ik aan moet werken. Het rijden op de Ducati is heel anders dan met de Kawasaki 400 afgelopen jaar dus best een omslag. Ook fysiek gebeuren er heel andere dingen. Ik heb nu even tijd om mijn training schema aan te laten passen aan wat ik vooral in de schouders en armen aan kracht nodig ben. De volgende trainingen zijn in januari, dan gaan we met het team trainen en we gaan nog samen met Bo Bendsneyder trainingen combineren. Daar kan ik zeker veel van leren. Ik kan bijna niet wachten…”
Met vriendelijke groet/ kind regards,
Barry Veneman
